In een nieuwe serie artikelen wil ik iets vertellen over zelfoordeel. Dat is op te vatten als een strijd tussen twee innerlijke delen: datgene in mij dat oordeelt – ook wel het superego genoemd – en het ‘zelf’ dat het oordeel over zich heen krijgt. Wat is het superego eigenlijk en wat is dit ‘zelf’? En hoe is die innerlijke strijd op te lossen? In onderstaand artikel ga ik in op de eerste vraag.

Het ontstaan van superego

De term ‘superego’ is ooit door Freud geïntroduceerd als de instantie in ons die oordeelt in termen van goed en kwaad. Voor hem was het vooral een aanduiding voor het geweten, wat ervoor zorgt dat we anderen geen kwaad doen en met elkaar een vreedzame samenleving kunnen opbouwen. Het heeft dus een belangrijke sociale functie.

Het superego ontstaat in de eerste jaren van ons leven tijdens en in zekere zin als een vervolg op de ego-ontwikkeling. Het is al volop in functie rond het 5e jaar. Freud zag dat het vooral bestaat uit de boodschappen van de verzorgende ouders, die we als klein kind in ons opnemen. Dat is in die ontwikkelingsfase heel belangrijk. Als je als dreutel de weg over wilt steken en je ouder is er niet bij om te zien of het wel veilig is, dan is het van levensbelang een innerlijke stem te hebben die zegt: “Je mag niet oversteken! Dat is fout!”

Zo neem je allerlei boodschappen in je op, die bepalen wat wel en niet mag, goed is, geoorloofd is etc. Ze bepalen de bandbreedte waarin je als kind een zekere mate van veiligheid vindt. Zodra je je buiten die comfortzone begeeft, komt het superego in actie: “Fout! Niet doen! Gevaarlijk!” Dit heeft je handelen als klein kind in belangrijke mate gestuurd.

De oordelen van het superego

Het is goed te beseffen dat die superego-boodschappen ook in je volwassen leven een enorme invloed op je hele doen en laten hebben. Als je ze goed beluistert valt op, dat ze veel verder gaan dan wat voor je geweten of het bewaken van je veiligheid nodig is. Naast de terechte waarschuwingen van de verzorgende ouders heb je hun hele morele instelling overgenomen, inclusief al hun (voor-)oordelen. Die oordelen gaan over jou en over de wereld waarin je leeft.

Oordelen van het superego kunnen intens zijnSommige mensen zeggen regelmatig zinnetjes tegen zichzelf als: “Wat ben je weer dom bezig!” of “Weet je het nou nog niet!” Misschien herken je dat in jezelf. Wat zeggen zulke uitspraken eigenlijk en waar komen die vandaan?
Het is duidelijk dat zo’n kort zinnetje een oordeel over jezelf inhoudt. Het woordje ‘weer’ doet er een schepje bovenop. Het is een teken van ongeduld: “Nou doe je het weer! Stomkop!” Het zorgt voor extra lading. Maar wat is er mis aan om een fout te maken of iets niet te weten? Waarom moet je jezelf als ‘dom’ wegzetten? Dat is wel wat deze superego-stem doet.

Het superego als innerlijke en uiterlijke criticus/rechter

Als je regelmatig zo’n oordeel over jezelf velt, is de kans groot dat je die boodschap vroeger veel vaker gehoord hebt. Dat kan van je ouders zijn, of van andere gezinsleden, leraren, klasgenootjes op school etc. Je hebt die stemmen in jezelf opgenomen en je bent erin gaan geloven.

Het superego bevat dus heel veel zelfoordeel. Vandaar dat het ook wel de ‘innerlijke criticus’ of de ‘innerlijke rechter’ wordt genoemd.

Jezelf veroordelen kan een vlucht vooruit zijn. Immers, als je jezelf ‘dom’ noemt, hoef je hopelijk het pijnlijke oordeel van anderen niet over je heen te krijgen…

Vaak genoeg vuren we ons eigen superego op anderen af in de vorm van oordelen of veroordelingen. De innerlijke criticus wordt dan een uiterlijke criticus. Andere mensen zijn dan fout of slecht of idioot etc. Meestal voelen we ons in die rol heel prettig. We hebben dan immers het gelijk aan onze kant! Vanuit het superego is dat ook zo; dat denkt altijd gelijk te hebben.

De variant van het positieve superego

Soms zijn superego-boodschappen positief en op het eerste gezicht bemoedigend. Ze voelen aan als een schouderklopje: “Wat heb je dat weer goed gedaan!” Op het eerste gezicht is daar niets mis mee. Maar er kan een addertje onder het gras zitten. Subtiel of minder subtiel kan er een eis in verborgen zitten, nl. om perfect te zijn of de volgende keer zeker een hogere prestatie neer te zetten. Er is geen ruimte om het níet goed te doen. Want dan komt de innerlijke criticus met het oordeel: “Waar ben je nou mee bezig! Dat kun je toch veel beter! Doe niet zo klunzig! Stomkop!” Die stem zet je dan weer aan tot nog grotere prestaties. Als het aanvoelt als een soort van dwang, dan weet je zeker dat hier het superego werkzaam is.

De energie van superego

Het is heel boeiend om de energie van de innerlijke criticus zelf te voelen. Per slot van rekening is het een deel van jouzelf, een structuur in je psyche. Ga maar eens helemaal in een oordeel ‘zitten’ dat je heel goed van jezelf kent. Ga helemaal in die overtuiging op, zonder oordeel daar weer over. En neem de lichaamshouding aan die je daarbij voelt passen. Wat merk je op?

Grote kans dat je je heel beslist gaat voelen. Je weet heel duidelijk wat je wilt, wat goed is en wat slecht. Jij staat duidelijk aan de goede kant en daar maak je je ook hard voor. Anderen moeten niet zeuren, ze moeten doen wat jij vindt dat goed is. Want jij hebt gewoon gelijk, daar ben je volledig van overtuigd.

Als je deze energie voelt, merk je wellicht op dat er veel kracht in zit. Je voelt je misschien groter dan normaal, sterker, misschien heb je een opgeheven vinger die je als een steekwapen voor je uit houdt. Dit is waarom het zo prettig voelt om te oordelen: je voelt je krachtiger en beter dan de ander op wie je oordeel zich richt.

Er zit echter ook een andere kant aan. Je hebt in deze situatie waarschijnlijk weinig inlevingsvermogen voor het standpunt van de ander en weinig compassie. Als je goed in jezelf voelt, is er een zekere hardheid; je verschuilt jezelf achter een soort van pantser. Er ontbreekt mildheid. Vaak is het hart gesloten. Je hebt geen contact meer met je eigen kwetsbaarheid, je eigen onzekerheid. Die verberg je achter het pantser.

Wie is de ik en wie is de jij?

Wanneer je je zo met de overtuiging van het superego vereenzelvigt, identificeer je je met dit specifieke deel van jou, met de ‘zender’ van oordeel. Het voelt alsof je dat helemaal bent. Maar wie of wat is dan de ‘ontvanger’? De boodschap is immers aan jezelf gericht.
Dat is op eerste gezicht niet altijd even duidelijk. Neem bijvoorbeeld het oordeel: “Tjee, wat ben ik weer dom bezig!” ‘Ik’ zeg dat tegen ‘mezelf’. De ‘ik’ is duidelijk het superego, maar wie is ‘mezelf’? Dat is in ieder geval een ander deel van wie ik ben.
In de boodschap: “Tjee, wat ben je weer dom bezig!” is dat onderscheid zichtbaarder. Er is een ‘ik’ die dat zegt, nl. de innerlijke criticus, en een ‘jij’ voor wie de boodschap bedoeld is. Die ‘jij’ is een ander deel van jou. Wie in jou is dat?

De energie van de ‘ontvanger’: een innerlijk kind

Om daar achter te komen nodig ik je uit om je in de positie van de ontvanger te verplaatsen en de energie daarvan te voelen. Als je dat doet, doe dat dan zoveel mogelijk met een open mind, met gewaarzijn, zodat je jezelf blijft waarnemen terwijl je die energie in jezelf toelaat. Neem ook de lichaamshouding aan die bij dat gevoel past. Wat ervaar je dan?

Grote kans dat je je kleiner gaat voelen, ongemakkelijk ook en onzekerder, je gelooft die stem ook, je voelt je dom en inadequaat, je schaamt je, je weet niet wat je zeggen moet of doen kan, je kruipt wat in elkaar om wat bescherming in jezelf te voelen. Jij bent klein, de vertegenwoordiger van die stem is groot… Herkenbaar?

Als je je zo voelt, vereenzelvig je je met een innerlijk kind, op wie het oordeel is gericht.

De dynamiek tussen het superego en het innerlijke kind

Er is dus sprake van een innerlijke strijd tussen twee delen in jezelf. Vanwaar deze strijd? Wat is dat voor dynamiek? Waarom doet de innerlijke criticus zo van zich spreken en is die vaak zo hard voor jouzelf, voor het innerlijke kind in jou? En hoe kun je vanuit dit samenspel van krachten weer in een volwassen bewustzijn terugkomen? Dit zijn vragen waar ik in de volgende blogs in deze serie verder op in zal gaan.

© Chris Elzinga, 14 mei 2018

Noten:

In deze serie zijn gepubliceerd:
Omgaan met superego (1): het zelfoordeel
Omgaan met superego (2): reacties op het zelfoordeel
Omgaan met superego (3): innerlijke ruimte scheppen
Omgaan met superego (4): de kant van het innerlijke kind
Omgaan met superego (5): de kant van het superego.

Wil je meer weten over wat ik met ‘innerlijke kinderen’ bedoel en hoe ik ermee werk? Lees dan de serie blogartikelen over dit thema, die begint met ‘Het kind als identiteit herkennen‘.

De foto’s zijn verkregen via Pixabay en zijn vrij van auteursrechten.